Wie mag een verhuizing doorgeven?

In verhuisformulier staat deze opsomming:

Bevoegd tot aangifte zijn:

  • ..
  • ..
  • Het hoofd van een instelling voor gezondheidszorg voor een in die instelling verblijvende persoon die wegens de toestand van zijn gezondheid niet in staat kan worden geacht aan zijn verplichtingen te voldoen of een machtiging daartoe te geven, dan wel de echtgenoot of andere levensgezel of de bloed- of aanverwanten tot en met de tweede graad van een zodanig persoon, onder overlegging van een schriftelijke verklaring ter zake van het hoofd van de desbetreffende instelling.

Hoe pak je dit aan?

Eerst ontrafelen. En dat begint met: eerst begrijpen wat er staat.

Dus wat staat er nu eigenlijk? De vraag is wie een verhuizing mag doorgeven. In deze opsomming moet iemand een verhuizing doorgeven, maar hij kan dat zelf niet doen. Er staat ook in wie het dan wel mag doen.

Degene die verhuist is iemand die:

  • in een instelling woont EN
  • niet in staat is om zelf een verhuizing door te geven.

Wie mag dan de verhuizing doorgeven?

  • het hoofd van de instelling OF
  • de partner van degene die verhuist OF
  • familieleden tot en met de 2e graad, maar alleen met een verklaring van het hoofd van de instelling.

Deze opsomming zou ik los vermelden. Bijvoorbeeld onder een kopje waarmee je de situatie in 1 zin vangt: “Woont u in een instelling en kunt u zelf uw verhuizing niet doorgeven?“.
In alle gevallen is het nodig dat het hoofd van de instelling een verklaring afgeeft. Daarna zijn er 3 opties om de verhuizing door te geven. Dat is ook allemaal kort samen te vatten:

Het hoofd van de instelling vult dan een verklaring in. Met deze verklaring kan iemand anders uw verhuizing doorgeven bij de gemeente. Dat kan door:

  • het hoofd van de instelling;
  • uw partner;
  • een familielid (1e of 2e graads).